De mensen verstaan elkaar niet meer, hoorde ik de buurman in zijn slaapkamer zeggen.
Ik denk niet dat de buurman bedoelde dat de meeste mensen daadwerkelijk iets mankeren aan de oren. Wat hij hier bedoelt is dat niet iedereen meer de tijd neemt om echt te luisteren naar wat een ander te vertellen heeft.
Uit onderzoek blijkt dat we vaak al na drie seconden stoppen met echt luisteren — we zijn dan alweer bezig met ons eigen antwoord. Terwijl goed luisteren ontzettend belangrijk is. Je voorkomt misverstanden en laat de ander voelen dat die gehoord wordt.
Een misverstand ontstaat vaak doordat we denken de ander al te begrijpen. We vullen het verhaal in met onze eigen ervaringen, en zeggen al snel: “Oh ja, dat herken ik.” Maar herkennen we het écht, of denken we dat alleen maar?
Goed luisteren vraagt dus meer dan aanhoren. Het betekent dat je laat merken dat je aandacht hebt — met je houding, blik, en korte verbale reacties zoals “mm-hmm” of “ik begrijp het”. Dat noemen we niet-selectief luisteren: je onderbreekt niet, maar moedigt de ander aan verder te vertellen.
Daarnaast is er selectief luisteren. Dan haal je bewust dingen uit het verhaal naar voren, bijvoorbeeld door:
-
samen te vatten of te parafraseren,
-
het gevoel van de ander te benoemen,
-
gerichte vragen te stellen (open of gesloten),
-
of iemand te helpen verduidelijken wat hij of zij precies bedoelt (“Wat maakt je daar zo moe van?”).
Luisteren is dus een actieve vaardigheid. Je laat zien dat je moeite doet om de ander echt te begrijpen — en dat voelt voor de ander als erkenning. Soms is dat belangrijker dan het perfecte antwoord.